Het voorlopig deskundigenonderzoek is een belangrijke procedure binnen het Nederlandse rechtssysteem. Het wordt ook wel een voorlopig deskundigenbericht genoemd. De procedure is geregeld in artikel 202 en volgende van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv).
Deze blog belicht de belangrijkste aspecten van het voorlopig deskundigenonderzoek: wat houdt dit onderzoek nu in, in welke gevallen wordt een deskundige benoemd en hoe verloopt de procedure tot benoeming van een deskundige.
Wat is een voorlopig deskundigenonderzoek?
Het voorlopig deskundigenonderzoek kan zowel voorafgaand aan als tijdens een gerechtelijke procedure plaatsvinden. Voordat een procedure is gestart kan iedere belanghebbende een verzoek bij de rechter daartoe indienen. Tijdens een procedure kunnen alleen de procespartijen dat verzoek doen.
Het voorlopig deskundigenonderzoek is bedoeld om partijen te helpen feiten te verzamelen die nodig zijn om hun zaak in te schatten, voor te bereiden of aan te tonen. Dit is vooral van belang in zaken waarbij technische, medische of andere gespecialiseerde kennis vereist is.
Door middel van dit onderzoek kan een deskundige worden benoemd die een onpartijdig en onafhankelijk advies of oordeel kan geven over specifieke vraagstukken die van belang zijn voor de zaak. In tegenstelling tot de naam suggereert, is het oordeel van de deskundige niet voorlopig of tijdelijk.
Beperkte afwijzingsgronden van het verzoek
Als een belanghebbende of procespartij een verzoek tot een voorlopig deskundigenbericht indient, dient de rechter het in beginsel toe te wijzen. Daarbij gelden wel drie voorwaarden. Het verzoek dient ter zake dienend te zijn, voldoende concreet te zijn en feiten betreffen die met een dergelijk onderzoek aangetoond kunnen worden.
De afwijzingsgronden zijn beperkt. De rechter zal het verzoek onder meer afwijzen in de volgende gevallen.
- Bij onvoldoende belang: indien de verzoeker geen of onvoldoende belang heeft bij het deskundigenonderzoek;
- Bij misbruik van bevoegdheid: als het verzoek misbruikt wordt om de tegenpartij te intimideren, onnodig op kosten te jagen of om tijd te rekken;
- Bij andere zwaarwichtige bezwaren: dit komt neer op een belangenafweging. Bijvoorbeeld als een benadeelde al vele medische onderzoeken heeft moeten ondergaan en het voorlopig deskundigenonderzoek opnieuw een dergelijk voor hem belastend onderzoek met zich mee zou brengen.
De procedure tot benoeming van de deskundige en het vervolg
Artikel 203 Rv beschrijft de procedure die gevolgd moet worden na de toewijzing van een verzoek tot voorlopig deskundigenonderzoek. Deze procedure omvat de volgende stappen:
- Benoeming van de deskundige: de rechter benoemt een deskundige. Dit kan op voorstel van partijen gebeuren, maar de rechter heeft het laatste woord over wie wordt aangesteld;
- Vaststellen van de vragen: de rechter bepaalt vaak in overleg met partijen welke vragen de deskundige moet beantwoorden;
- Onderzoek door de deskundige: de deskundige voert het onderzoek uit en stelt een rapport op;
- Rapportage en reactie: na het onderzoek rapporteert de deskundige aan de rechter. Partijen krijgen de gelegenheid om op dit rapport te reageren.
Advocaat voorlopig deskundigenonderzoek
Het voorlopig deskundigenonderzoek is een belangrijk instrument binnen het Nederlandse rechtssysteem. Hoewel de rechter het verzoek tot een dergelijk onderzoek kan afwijzen, zijn deze gronden beperkt. Voorafgaand aan een gerechtelijke procedure kan het deskundigenoordeel van groot belang zijn voor het beantwoorden van de vraag of het opstarten van een procedure zinvol is. Als er al een gerechtelijke procedure is gestart dan kan het deskundigenbericht bijdragen aan het leveren van bewijs.
De advocaten van Te Biesebeek Advocaten in Zwolle zijn ervaren en deskundig op het gebied van procesrecht. Heeft u een vraag over een voorlopig deskundigenonderzoek? Of wilt u meer weten over een gerechtelijke procedure? Neem dan vrijblijvend contact op met een van onze specialisten via 038-4223020 of stuur een e-mail naar info@tebiesebeek.nl.