Het komt regelmatig voor dat een boer naast een randvoorwaardekorting strafrechtelijk wordt vervolgd. Wat zegt de rechtspraak over deze ‘dubbele’ vervolging?
Door mr. A.A. Bos
In de praktijk komt het regelmatig voor: door het Ministerie van Economische Zaken wordt besloten om een boer een zogenaamde randvoorwaardenkorting op te leggen van Europese subsidies, omdat hij de daaraan verbonden voorwaarden zou hebben geschonden. Tegen een dergelijk besluit kan bezwaar worden gemaakt, waarna beroep bij het College van Beroep voor Bedrijfsleven mogelijk is. Een bestuursrechtelijke procedure dus.
Boeren die een dergelijke randvoorwaardekorting opgelegd hebben gekregen, worden vaak voor hetzelfde feit ook nog strafrechtelijk door het Openbaar Ministerie vervolgd. Over de vraag of strafvervolging wel mogelijk is voor dezelfde feiten als waarvoor eerder een subsidiekorting is opgelegd, bestaat onduidelijkheid. Er zijn twee stromingen in de rechtspraak ontstaan.
Tweemaal voor hetzelfde feit vervolgd en bestraft
Op 25 november 2015 heeft het hof Arnhem-Leeuwarden een uitspraak gedaan over een veehouder, die verweten werd fraude met oormerken van 32 runderen te hebben gepleegd. De veehouder kreeg een bestuursrechtelijke subsidiekorting van € 17.000,00 opgelegd.
Vervolgens moest hij zich verantwoorden bij de economische politierechter voor dezelfde feiten. Het gerechtshof oordeelde in hoger beroep echter dat het Openbaar Ministerie niet- ontvankelijk is. Er wordt volgens het hof inbreuk gemaakt op het beginsel dat iemand niet tweemaal voor hetzelfde feit vervolgd en bestraft kan worden.
Hof Den Bosch: geen sprake van dubbele vervolging
Het hof Den Bosch heeft echter op 10 februari 2016 in een vergelijkbare zaak een uitspraak gedaan, die haaks staat op deze beslissing. In die zaak werd aan een varkenshouder een randvoorwaardekorting van 5% opgelegd, omdat tijdens een controle door de NVWA geconstateerd zou zijn dat zijn varkens niet permanent konden beschikken over voldoende vers water.
Deze varkenshouder moest zich vervolgens verantwoorden voor de economische politierechter, omdat hij niet volgens het Varkensbesluit zou hebben gehandeld. De politierechter meende dat het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk was vanwege de dubbele vervolging en bestraffing. In lijn dus met de uitspraak van het hof Arnhem-Leeuwarden.
In hoger beroep oordeelde het hof Den Bosch in de zaak van de varkenshouder echter heel anders. De verstrekking van subsidie is volgens het hof naar Nederlands recht geen strafrechtelijke, maar een bestuursrechtelijke aangelegenheid, waartegen bezwaar en beroep openstaat bij de rechter. Deze subsidiekorting heeft een zogenaamd reparatoir karakter en beoogt geen leed toe te voegen, zoals in het strafrecht wel het geval is.
Het hof meent dat de toegepaste subsidiekorting niet van strafrechtelijke aard is, zodat er geen sprake is van dubbele vervolging. De zaak is terugverwezen naar de economische politierechter om opnieuw recht te doen.
Ongelijke behandeling door rechter
De beide uitspraken van de hoven staan dus haaks op elkaar. Dat is onwenselijk, want dit kan ertoe leiden dat agrariërs in gelijke gevallen ongelijk door de rechter worden behandeld. Van de uitspraak van het hof Arnhem-Leeuwarden is cassatie ingesteld bij de Hoge Raad. Die heeft uiteindelijk het laatste woord. Zodra deze uitspraak bekend is, volgt er een update.
Heeft u vragen over dubbele bestraffing of heeft het Ministerie een randvoorwaardenkorting opgelegd? Neem dan contact op en kom niet voor verrassingen te staan. Te Biesebeek Advocaten in Zwolle helpt u graag verder.