Biedt de verzekering wel voldoende dekking tegen risico van dierziektes?
Bij een intensieve (pluim)vee- en varkenshouderij liggen ziektes onder de dieren op de loer. Van de een op de andere dag kan een kip, rund of varken worden besmet met een virus of andere besmettelijke aandoening. Dierziektes zijn doorgaans zeer besmettelijk, zodat een besmetting onder de gehele levende have doorgaans meer regel dan uitzondering is. Met alle schadelijke gevolgen voor de boer van dien. Niet alleen emotioneel, maar ook financieel. Voor de financiële gevolgen kan men zich verzekeren. Doch biedt de polis wel dekking voor de schadelijke gevolgen van dierziektes en is deze dekking wel toereikend? Deze vraag deed zich voor in de volgende situatie.
Neospara-caninum
Het kan iedere melkveehouder overkomen. Plotseling geconfronteerd worden met een bovenmatig aantal abortussen onder de veestapel. De dierenarts wordt geraadpleegd. En uit (bloed)onderzoek volgt dat de koeien besmet zijn met een neospora-besmetting, veroorzaakt door de parasiet Neospora Caninum. De eindgastheer van deze parasiet is de hond. Via de uitwerpselen van een hond, wat al dan niet terecht komt in veervoer, kan de parasiet worden overgebracht op koeien.
Bij runderen leidt een besmetting tot abortus, tot een verminderde vruchtbaarheid en dalende melkproductie. De besmetting is hardnekkig, ongeneeslijk en uit statistieken volgt dat 80 % van het nageslacht van besmette runderen ook weer is besmet. Indien de besmetting leidt tot een abortusstorm onder de runderen, waaruit volgt dat een groot aantal dieren besmet zijn, dan leidt dit voor de melkveehouder tot zeer aanzienlijke schade. Om de veestapel weer gezond te krijgen is de afvoer van besmette runderen bedrijfseconomisch gezien doorgaans de meest voor de hand liggende weg.
Schade: vergoeding via de verzekering?
In oktober 2011 wordt een melkveehouder getroffen door een abortusstorm onder de veestapel. Uit bloedonderzoek volgt dat bijna 90 van de 180 op het bedrijf aanwezige runderen zijn besmet met de Neospora parasiet. De gevolgen voor het bedrijf zijn zeer ingrijpend. Door het omvangrijke risico van de verticale besmetting op het nageslacht, wenst deze melkveehouder alle besmette runderen, waarvan de waarde door de ziekte is gedaald tot de slachtwaarde, af te voeren. Voor het bedrijf heeft hij een alles omvattende verzekering bij Achmea. Zij beschouwt de neospora-besmetting als een calamiteit en neemt in beginsel een positief dekkingsstandpunt in.
Onduidelijke verzekeringsvoorwaarden
Hoewel de polis dekking biedt, geeft Achmea aanvankelijk niet thuis als het aankomt op schade-uitkering. In der minne wordt uitkering geweigerd. Vervolgens volgt een gerechtelijke procedure waarbij de melkveehouder, daarin bijgestaan door advocaat mr. G.D. te Biesebeek, een oordeel van de rechter vraagt omtrent de vergoedingsplicht. Er volgt een juridisch haarkloverij waarbij tussen partijen uitvoerig gesteggeld wordt over de uitleg van de verzekeringsvoorwaarden.
Zo stelde Achmea zich op het standpunt dat op basis van voorwaarden geen aanspraak op vergoeding kon worden gemaakt:
- Omdat zij niet op voorhand toestemming voor het afvoeren van de runderen zou hebben gegeven, terwijl de melkveehouder deze toestemming – naar het latere oordeel van de rechter – ten onrechte werd onthouden;
- Omdat de besmette runderen geen bij de ziekte behorende, kenmerkende klinische ziekteverschijnselen vertoonden, hetgeen een oneigenlijk argument was nu een Neospora-besmetting weliswaar leidt tot verminderde vruchtbaarheid, afname melkgift en abortus, doch niet tot echte ziekteverschijnselen;
- Omdat vergoeding alleen zou zien op besmette runderen die binnen één jaar na schadedatum worden afgevoerd terwijl daarnaast alleen dan recht op vergoeding zou bestaan indien de gemiddelde tussenkalftijd op het bedrijf met vijftig procent zou zijn overschreden: een onredelijke voorwaarde, nu dit pas kan worden vastgesteld nadat er al een jaar was verstreken;
- Omdat – zo de polis voorschreef – er sprake moest zijn van een blijvende gebruikswaarde vermindering per rund van meer dan 30 %: aan deze voorwaarde was volgens Achmea niet voldaan, omdat de runderen de besmetting weer zouden kunnen kwijt raken, hetgeen overigens door wetenschappelijk onderzoek wordt weersproken, terwijl de melkveehouder de runderen niet meer voor de fok kon inzetten en deze nog slechts de slachtwaarde vertegenwoordigden.
Rechterlijk oordeel
Uiteindelijk oordeelt de rechter in het voordeel van de melkveehouder, daar waar het gaat om de uitleg van de polisvoorwaarden. Kort gezegd, kunnen aan het recht op de uitkering niet de voorwaarden worden verbonden, ook al bepaalt de verzekering anders, dat vooreerst toestemming voor het ruimen van de koeien diende te worden gegeven, dat de besmette dieren ziekteverschijnselen dienden te vertonen en dat deze dieren binnen een jaar afgevoerd zouden moeten worden. Evenwel wijst de rechter in eerste aanleg de vordering tot schadevergoeding af, daartoe ten onrechte overwegende – op basis van de tijdens de procedure verrichte deskundigenonderzoeken – dat koeien na verloop van tijd de besmetting zouden kunnen kwijtraken waardoor er geen sprake zou zijn van ‘blijvende’ gebruikswaardevermindering, één van de polisvoorwaarden.
Hoger beroep: schikking
Er wordt hoger beroep ingesteld en het Gerechtshof deelt in de kern bij tussenuitspraak het standpunt van de melkveehouder. Nu deze uitspraak voor partijen voldoende aanknopingspunten bood om in der minne een vergelijk te treffen, is er alsnog een minnelijke regeling tot stand gekomen en is de procedure beëindigd. Een regeling waarbij de melkveehouder alsnog voor het merendeel van de schade is gecompenseerd. Ruim zeven jaar na ontdekking van de besmetting, een periode waarin de melkveehouder de hem toekomende vergoeding is onthouden en waarin hij in onzekerheid verkeerde wat hij nu met de besmette veestapel aan moest.
Voor de uitspraken van de rechtbank, klik op de volgende links:
Tip
Het is raadzaam om eens in de zoveel tijd via de tussenpersoon of rechtstreeks met de verzekeringsmaatschappij na te lopen of u wel voor alle denkbare risico’s van het bedrijf bent verzekerd, hoe u bent verzekerd en of de voorwaarden wel voldoende dekking bieden voor de schadelijke gevolgen van deze risico’s.
Meer informatie?
Heeft u behoefte aan meer informatie of heeft u vragen over de vaststelling van schadevergoeding, over de uitkering van een verzekeringsmaatschappij of vindt u bij de maatschappij geen gehoor daar waar het gaat om vaststelling en uitkering van schadevergoeding? Neem vrijblijvend contact op met Te Biesebeek Advocaten in Zwolle.